We slingeren heen en weer:
Tussen voor en tegen.
Tussen boos en blij
Tussen goed en fout
En ergens in het midden zijn we Thuis
Niet voor, niet tegen
Niet boos, niet blij
Niet goed, niet fout
Het betekent niet dat ik geen mening heb
Dat ik mijn kop in het zand steek
Het betekent dat ik in mijn Liefde blijf
Waar angst oplost
Waar vrijheid niet kan worden afgenomen
Waar mijn mond niet kan worden gesnoerd
Waar ik in het moment aanwezig ben
en van daaruit voel welke actie ik onderneem.
Wat ik zeg, hoe ik handel, afgestemd op wie ik werkelijk BEN
Wie ik werkelijk Ben is zich bewust van het feit dat we allemaal met elkaar verbonden zijn.
Hier leeft compassie voor angst, voor de medemens.
Geen ik, maar wij, samen op deze Aarde.
Ik cijfer mezelf niet weg als ik compassie heb voor de ander.
Want ik weet hoe fijn het is dat iemand mij zag
werkelijk zag op momenten dat ik het niet meer wist.
Vastgelopen in angst.
Door iemand die gewoon haar Liefde liet ZIJN
Met angst en al werd ik gezien, het hoefde niet anders dan in dat moment
Ik zag in haar ogen de herinnering aan wie ik werkelijk BEN.
Geen oh en ah, geen bevestiging van de angst en het verhaal dat mij gevangen hield.
Pure aanwezigheid waardoor de angst kon oplossen in wie ik werkelijk BEN.
Ik ben mens.
Ik slinger heen en weer
tussen ik BEN en dan weer niet
Erin en eruit
Af en toe totaal verloren en dan weer gevonden
Maar altijd bewust van het veld van Liefde.
LIEFDE die tijdloos en onpersoonlijk is en daardoor zo krachtig.
Meer is niet nodig.
Simpeler wordt het niet.